SUP-richtlijn
In de strijd tegen de plasticsoep heeft de Europese Commissie de richtlijn ‘betreffende de vermindering van de effecten van bepaalde kunststofproducten op het milieu’ opgesteld, kortom: de SUP-Richtlijn.
Om de plasticsoep te bestrijden, nemen overheden maatregelen die uitgaan van aanvaarde rechtsbeginselen. Het voorzorgsprincipe is een van de bekendste. Dit beginsel houdt in dat een overheid maatregelen mag nemen om mogelijke schadelijke effecten te voorkomen, ook als het definitieve bewijs van schade nog niet is geleverd. De overheid mag of moet dit zelfs doen als er een kans bestaat op onomkeerbare schade. Het gebrek aan wetenschappelijk bewijs mag in zo’n geval niet worden aangegrepen om het nemen van maatregelen uit te stellen.
De Verenigde Naties hebben in 1992 ‘De verklaring van Rio de Janeiro inzake milieu en ontwikkeling’ aangenomen. Van de 27 beginselen die daarin verwoord zijn, gaat het vijftiende over het voorzorgprincipe: ‘Teneinde het milieu te beschermen zullen staten naar hun vermogen op grote schaal de voorzorgsbenadering moeten toepassen. Daar waar ernstige of onomkeerbare schade dreigt, dient het ontbreken van volledige wetenschappelijke zekerheid niet als argument te worden gebruikt voor het uitstellen van kosteneffectieve maatregelen om milieuaantasting te voorkomen.’
Het Europese Chemische Agentschap (ECHA) heeft begin 2019 aan de Europese Commissie voorgesteld om de opzettelijk aan cosmetica, wasmiddelen, verf en landbouw- en industriële producten toegevoegde microplastics te verbieden. Cefic (The European Chemical Industry Council) die de belangen van producenten vertegenwoordigt, heeft direct een internationaal advocatenkantoor in de arm genomen om een verbod te voorkomen. Volgens de ingehuurde juristen zou in dit geval het wetenschappelijk bewijs onvoldoende zijn om het voorzorgprincipe te mogen toepassen. De reactie van ECHA daarop is dat de wetenschappelijke kennis over dit onderwerp weliswaar langzaam toeneemt, maar dat in de literatuur al veel voorbeelden te vinden zijn van nadelige effecten van microplastics. Volgens ECHA is er voldoende informatie beschikbaar om een verbod te rechtvaardigen.
In de strijd tegen de plasticsoep heeft de Europese Commissie de richtlijn ‘betreffende de vermindering van de effecten van bepaalde kunststofproducten op het milieu’ opgesteld, kortom: de SUP-Richtlijn.
Milieuschade is niet meegenomen in de prijs van plastic waardoor plastic heel goedkoop is. Doordat het goedkoop is wordt het veel gebruikt en toegepast.
Voor veel bedrijven zijn de (vermeende extra) kosten van statiegeld een belangrijker argument dan een wereld zonder plastic zwerfafval.
EU verbiedt vanaf 2021 verkoop van wegwerpplastics. Veel bedrijven verzinnen trucjes om milieuvervuilende producten te kunnen blijven verkopen.