11 november 2020
Blikjes vormen een van de belangrijkste bronnen van
zwerfafval. Om dat tegen te gaan en recycling te bevorderen bereidt de regering
wetgeving voor die de invoering van statiegeld op blik vastlegt, net zoals dat
geregeld is voor plastic flesjes. Dit valt op zichzelf toe te juichen, maar de
voorgenomen regelgeving kent serieuze tekortkomingen. Omdat het om een
Ontwerpbesluit gaat, kunnen belanghebbenden hun mening geven, zodat de
regelgeving alsnog aangepast kan worden.
Op het Ontwerpbesluit hebben zes milieuorganisaties (Recycling Netwerk Benelux, Natuur & Milieu, Plastic Soup Foundation, de Plastic Soup Surfer, Greenpeace en Stichting De Noordzee) gezamenlijk een Zienswijze ingediend. Hun kritiek wordt gedeeld door andere instanties die eveneens hun zienswijze hebben ingestuurd, zoals de gemeente Amsterdam en ASN Bank.
De oproep aan de Staatssecretaris om statiegeld op blikjes
niet halfslachtig te regelen, en de invoering ervan te vervroegen, wordt breed
gedragen.
UITSTEL STATIEGELD IS GEEN OPTIE
Staatssecretaris Van Veldhoven (D66) van Infrastructuur en Waterstaat voert een motie uit van de Tweede Kamer die als doel stelt om 90% van de verkochte blikjes weer apart in te zamelen zodat ze gerecycled kunnen worden. Maar het bedrijfsleven – dat liever geen statiegeld op blik wil – krijgt van de overheid nog één laatste kans om zelf deze doelstelling te halen zonder dat de overheid statiegeld hoeft op te leggen.
Uit de monitoring van Rijkswaterstaat over de eerste helft van 2020 bleek dat het aantal blikjes in het zwerfafval niet minder wordt, maar juist is toegenomen, met 19%. Het is overduidelijk dat de beoogde daling zonder statiegeld niet gerealiseerd wordt.
De milieuorganisaties bepleiten daarom niet te dralen en nog deze regeerperiode het besluit te nemen om statiegeld in te voeren. Uit een interview vandaag met het Algemeen Dagblad blijkt dat de staatssecretaris hier niet afwijzend tegenover staat.
WIL JE VERKOPEN? DAN OOK INNEMEN!
Het Ontwerpbesluit verplicht alleen producenten en importeurs
tot gescheiden inzameling, maar niet de detailhandel die de blikjes verkoopt.
Dat er geen wettelijke innameplicht voor verkooppunten is, brengt het risico
met zich mee dat het inzamelpercentage niet gehaald wordt, want dat is alleen
haalbaar bij een uitgebreid netwerk van inleverpunten en een wettelijke
innameplicht.
Wanneer supermarkten niet bij wet verplicht zijn de
drankverpakkingen in te nemen die ze verkopen, moet gevreesd worden voor een
verhoging van de kosten van het statiegeldsysteem. In het slechtste geval werken
de supermarkten de invoering gaan tegen.
TE VEEL UITZONDERINGEN
Statiegeld dient geheven te worden op alle blikjes, ongeacht
de inhoud. In het Ontwerpbesluit worden echter zuivel en sappen uitgezonderd,
zonder dat dat onderbouwd wordt (in andere landen vallen ook deze categorieën
onder een statiegeldregime). Aangezien drankverpakkingen als knijpzakjes en
kartonnen drinkpakken (Tetra Pak) van statiegeld uitgezonderd worden, moet
gevreesd worden dat producenten zullen overstappen op verpakkingen die niet
onder het statiegeldsysteem vallen. Dan krijg je bijvoorbeeld aanbieders van
mineraalwater in een kartonnen drinkpak in plaats van in een plastic flesje.
De oplossing is eenvoudig: verplicht statiegeld voor alle
drankverpakkingen. ‘Statiegeld moet niet leiden tot een oneerlijk speelveld
waarbij vervolgens weer andere verpakkingen vaker in het milieu terechtkomen,’ aldus
de zienswijze van de milieuorganisaties.
VERHOOG HET STATIEGELD
De staatsecretaris stelt 15 cent statiegeld op blik voor,
maar als het inzameldoel van 90% gehaald moet worden, dan moet dit naar 25
cent.
Plastic Soup Foundation en andere milieuorganisaties wijzen in dit verband op het onderzoek van CE Delft dat voorrekent dat je met 15 cent statiegeld het doel niet haalt, maar met 25 cent wel. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat was nota bene zelf opdrachtgever van dit onderzoek, maar slaat desondanks deze belangrijke conclusie in de wind.
MISSCHIEN BEN JE OOK GEÏNTERESSEERD IN: