Ecosystemen
Zowel planten als dieren, passen zich aan hun omgeving aan. In hun ecosystemen ontstaat telkens een nieuw evenwicht. Plastic verstoort dat evenwicht.
Dieren eten plastic omdat ze lang niet altijd in staat zijn om plastic van voedsel te onderscheiden. Organismen die water filteren (plankton, schelpen, baleinwalvissen) of die onder het oppervlak van stranden leven (zeepieren) kunnen dat onderscheid per definitie niet maken. Sommige vissen zien plastic aan voor viseitjes en happen gericht naar in water zwevend plastic. Schildpadden zien plastic tassen aan voor de kwallen die op hun menu staan. In de magen van de noordse stormvogel — die met open snavel boven het wateroppervlakte vliegend zijn maaltje bij elkaar scharrelt — wordt vrijwel altijd plastic aangetroffen. Niet alleen zeedieren, maar ook veel grazende landdieren krijgen plastic binnen. Zwerfplastic met voedselresten vergroot nog eens de kans dat het plastic wordt opgegeten.
Ingeslikt plastic vult de maag en je kunt je goed voorstellen dat dat leidt tot verminderd hongergevoel. Dieren gaan minder eten, krijgen minder energie en verzwakken. Grotere stukken plastic kunnen bovendien hun maag-darmstelsel blokkeren, waardoor het plastic niet meer uitgepoept kan worden. In andere gevallen wordt plastic in de maag vermalen tot kleine stukjes die elders worden achtergelaten. De noordse stormvogel vermaalt en verspreidt op die manier jaarlijks miljoenen stukjes. Een deel daarvan wordt achtergelaten op verlaten plekken waar ze nestelen.
De maaginhoud van de noordse stormvogel, zo blijkt uit langlopend Nederlands onderzoek, bestaat gemiddeld uit vijfentwintig stukjes plastic. Een potvis die in december 2018 aanspoelde bij het nationaal park Wakatobi in Indonesië bleek 115 bekers, 25 tassen, vier flessen en twee slippers in zijn maag te hebben. Er werden meer dan duizend stukken plastic geteld en het totale gewicht aan plastic was zes kilo. In de Verenigde Arabische Emiraten is plastic in de helft van de gevallen de doodsoorzaak van kamelen. De dieren eten zwerfafval en in hun magen zijn klompen van tien tot zestig kilo gevonden. Omdat het plastic de maag niet kan verlaten, groeit zo’n klomp door tot het dier door verhongering overlijdt. Een jonge groene schildpad spoelde in juli 2010 ernstig verzwakt aan op de kust van Brazilië bij Florianópolis en overleed enkele uren later. Dit exemplaar had 3267 stukjes plastic in zijn ingewanden en nog eens 308 stukjes in zijn maag. Alleen stukjes plastic groter dan 5 mm waren geteld.
Zowel planten als dieren, passen zich aan hun omgeving aan. In hun ecosystemen ontstaat telkens een nieuw evenwicht. Plastic verstoort dat evenwicht.
Dieren krijgen microplastics in hun lichaam. Aangezien het ene dier het andere eet, kunnen microplastics zich door de voedselketen verplaatsen.
Verstrikking in plastic kan gruwelijke gevolgen hebben voor dieren. Het kan leiden tot ontstekingen, vergroeiingen of amputatie van ledematen.